Koninklijk besluit van 13 februari 1998

Koninklijk besluit van 13 februari 1998 tot vaststelling van de specificaties en de registratieprocedure van de leesapparatuur voor de elektronische identiteitskaart en de sociale identiteitskaart - opschrift gewijzigd bij artikel 1 van het koninklijk besluit van 7 december 2006 (Belgisch Staatsblad van 12 januari 2007)]

(Belgisch Staatsblad van 12 maart 1998) (Erratum: Belgisch Staatsblad van 17 april 1998)

[Gewijzigd bij het koninklijk besluit van 15 oktober 2000 (Belgisch Staatsblad van 1 november 2000) en bij het koninklijk besluit van 7 december 2006 (Belgisch Staatsblad van 12 januari 2007)]

Artikel 1.

Voor de toepassing van dit besluit dient te worden verstaan onder :

  • "koninklijk besluit": het koninklijk besluit van 18 december 1996 houdende maatregelen met het oog op de invoering van een sociale identiteitskaart ten behoeve van alle sociaal verzekerden, met toepassing van de artikelen 38, 40, 41 en 49 van de wet van 26 juli 1996 tot de modernisering van de sociale zekerheid en tot vrijwaring van de leefbaarheid van de wettelijke pensioenstelsels;
  • ["leverancier": iedere persoon die leesapparatuur fabriceert, rechtstreeks of onrechtstreeks verdeelt, of die instaat voor het onderhoud van het hele of een deel van het leesapparaat dat dient om gegevens uit te lezen of te schrijven op de sociale identiteitskaart en/of op de elektronische identiteitskaart; - gewijzigd bij artikel 2 van het koninklijk besluit van 7 december 2006 (Belgisch Staatsblad van 12 januari 2007).]
  • ["wet": wet van 19 juli 1991 betreffende de bevolkingsregisters en de identiteitskaarten en tot wijziging van de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een Rijksregister van de natuurlijke personen. - ingevoegd bij artikel 2 van het koninklijk besluit van 7 december 2006 (Belgisch Staatsblad van 12 januari 2007)]

Art. 2.

[De leesapparatuur bedoeld in artikel 4, derde lid, van het koninklijk besluit of in artikel 6quinquies van de wet moet voldoen aan de toepasselijke functionele specificaties en aan de toepasselijke in bijlage beschreven normalisatienormen, opdat de identiteitskaarten zouden kunnen worden gebruikt. - vervangen bij artikel 3 van het koninklijk besluit van 7 december 2006 (Belgisch Staatsblad van 12 januari 2007)]

Art. 3.

De leveranciers die deze leesapparatuur ter beschikking wensen te stellen van de bevoegde personen, [voor gebruik van de sociale identiteitskaart - ingevoegd bij artikel 4 van het koninklijk besluit van 7 december 2006 (Belgisch Staatsblad van 12 januari 2007)] kunnen de volgende documentatie bekomen bij de Kruispuntbank van de sociale zekerheid:

1° specificaties van het systeem van de sociale identiteitskaart,
2° beschrijving van de commando's nodig voor het lezen en beschrijven van de sociale identiteitskaart,
3° beschrijving van de interface met het toepassingsprogramma en van de server van de Belgische sociale identiteitskaart,
4° proefexemplaren van de sociale identiteitskaart.

Art. 3bis.

[De leveranciers die deze leesapparatuur ter beschikking wensen te stellen voor gebruik van de elektronische identiteitskaart, kunnen de volgende documentatie bekomen bij de Federale overheidsdienst Informatie- en Communicatietechnologie:

1° specificaties van het systeem van de elektronische identiteitskaart,
2° beschrijving van de commando's nodig voor het lezen en schrijven van de elektronische identiteitskaart,
3° beschrijving van de procedure voor het online testen van de elektronische identiteitskaart,
4° proefexemplaren van de elektronische identiteitskaart. - ingevoegd bij artikel 5 van het koninklijk besluit van 7 december 2006 (Belgisch Staatsblad van 12 januari 2007)]

Art. 4.

De leveranciers die deze leesapparatuur ter beschikking wensen te stellen [… - geschrapt bij artikel 6 van het koninklijk besluit van 7 december 2006 (Belgisch Staatsblad van 12 januari 2007)], dienen op voorhand [… - geschrapt bij artikel 6 van het koninklijk besluit van 7 december 2006 (Belgisch Staatsblad van 12 januari 2007)] een referentiedossier in te dienen dat verplichtend, per toestelmodel, de volgende minimale elementen bevat:

1° voorlegging van de bewijzen en van alle nuttige stukken die aantonen dat het apparaat voldoet:

  • aan het koninklijk besluit van 23 maart 1977 tot vastlegging van de veiligheidswaarborgen welke bepaalde elektrische machines, apparaten en leidingen moeten bieden;
  • aan het koninklijk besluit van 18 mei 1994 betreffende de el ektromagnetische compatibiliteit;
  • aan het koninklijk besluit van 10 november 1996 betreffende de goedkeuring van eindapparaten voor telecommunicatie;

2° verklaringen van overeenstemming die door de fabrikant worden opgemaakt, enerzijds [met betrekking tot de naleving van de relevante delen van de ISO-norm 7816, en anderzijds met betrekking tot de naleving van de toepasselijke technische en functionele specificaties en van de toepasselijke kwaliteits- en performantiecriteria in bijlage I bij dit besluit - vervangen bij artikel 6 van het koninklijk besluit van 7 december 2006 (Belgisch Staatsblad van 12 januari 2007)]; in voorkomend geval bevat het referentiedossier, wat de technische specificaties en de performantie- en kwaliteitscriteria betreft, alle bewijzen en nuttige stukken die de gelijkwaardigheid ervan aantonen;

3° een gebruikers- en technisch handboek m.b.t. de leesapparatuur.

Het staat de leverancier vrij aan zijn referentiedossier elk ander bewijs van gelijkvormigheid, van kwaliteitswaarborg of van kwaliteitssysteem op dit gebied toe te voegen dat krachtens de wet van 20 juli 1990 betreffende de accreditatie van certificatie- en keuringsinstellingen, alsmede van beproevingslaboratoria, of krachtens een gelijkwaardig systeem wordt afgeleverd.

Art. 4bis.

[§ 1. De leverancier dient zijn referentiedossier in:

1° bij de Kruispuntbank van de sociale zekerheid voor zover enkel een registratienummer wordt aangevraagd voor een leesapparaat dat dient om gegevens uit te lezen en/of te schrijven op de sociale identiteitskaart;

2° bij de Federale overheidsdienst Informatie- en Communicatietechnologie voor zover enkel een registratienummer wordt aangevraagd voor een leesapparaat dat dient om uitsluitend gegevens uit te lezen en/of te schrijven op de elektronische identiteitskaart.

§ 2. Indien gelijktijdig een registratienummer wordt aangevraagd voor een leesapparaat dat dient om zowel op de sociale identiteitskaart als op de elektronische identiteitskaart gegevens uit te lezen en/of te schrijven, dient de leverancier twee aparte referentiedossiers in en duidt telkens aan dat het gaat om een gelijktijdige registratieprocedure.

De Kruispuntbank van de sociale zekerheid en de Federale overheidsdienst Informatie- en Communicatietechnologie informeren elkaar onverwijld van de gelijktijdige neerlegging door de leverancier.

§ 3. De aanvraag tot registratie van een leesapparaat voor de elektronische identiteitskaart geschiedt aan de hand van het modelformulier vastgesteld in bijlage II bij dit besluit. - ingevoegd bij artikel 7 van het koninklijk besluit van 7 december 2006 (Belgisch Staatsblad van 12 januari 2007)].

Art. 5.

[De Kruispuntbank van de sociale zekerheid of de Federale overheidsdienst Informatie- en Communicatietechnologie na eensluidend advies van de Federale Overheidsdienst Binnenlandse zaken, kent binnen een periode van 45 kalenderdagen na ontvangst van het referentiedossier een registratienummer toe aan elk ingediend referentiedossier, voor zover het de in artikel 4 vermelde stukken omvat en daaruit blijkt dat aan de in artikel 2 vermelde voorwaarden is voldaan.

De leverancier die een referentiedossier indient, verbindt er zich toe, het door de Kruispuntbank van de sociale zekerheid en/of de Federale overheidsdienst Informatie- en Communicatietechnologie toegekend registratienummer op elektronische wijze in de leesapparatuur te brengen. Voor wat betreft de leesapparatuur voor gebruik van de elektronische identiteitskaart verbindt de leverancier zich er bovendien toe, volgens de in bijlage II bij dit besluit voorziene specificaties, op een zichtbare wijze elke geregistreerd leesapparaat van een label te voorzien. - vervangen bij artikel 8 van het koninklijk besluit van 7 december 2006 (Belgisch Staatsblad van 12 januari 2007)]

Art. 5bis.

[De Kruispuntbank van de sociale zekerheid, wat betreft de sociale identiteitskaart, en de Federale overheidsdienst Informatie- en Communicatietechnologie, wat betreft de elektronische identiteitskaart, beschikken over het recht om de geregistreerde leesapparatuur aan een grondige controle te onderwerpen bij klacht of vermoeden van niet-overeenstemming van het leesapparaat met het ingediende referentiedossier. - ingevoegd bij artikel 9 van het koninklijk besluit van 7 december 2006 (Belgisch Staatsblad van 12 januari 2007)]

Art. 6.

De leverancier die een referentiedossier heeft ingediend, verbindt zich ertoe dit dossier bij te werken naar mate hij wijzigingen aanbrengt aan het model van de geïnstalleerde leesapparatuur.

[De leverancier die een referentiedossier heeft ingediend, verbindt zich ertoe de door hem geïnstalleerde leesapparatuur aan te passen ingeval de functionele specificaties en de normalisatienormen die hem door de Kruispuntbank van de sociale zekerheid en/of de Federale overheidsdienst Informatie- en Communicatietechnologie worden meegedeeld, evolueren - vervangen bij artikel 10 van het koninklijk besluit van 7 december 2006 (Belgisch Staatsblad van 12 januari 2007)]

Art. 6bis.

[Elke wijziging van de functionele specificaties, die wordt meegedeeld door de Kruispuntbank van de sociale zekerheid en/of de Federale overheidsdienst Informatie- en Communicatietechnologie, wordt geregistreerd bij de Kruispuntbank van de sociale zekerheid, wat betreft de leesapparaten voor de sociale identiteitskaart, en/of de Federale overheidsdienst Informatie- en Communicatietechnologie, wat betreft de leesapparaten voor de elektronische identiteitskaart.

De termijn tussen de levering van de nieuwe functionele specificaties door de Kruispuntbank van de sociale zekerheid en/of de Federale overheidsdienst Informatie- en Communicatietechnologie en de mogelijkheid om de aanpassingen af te laden bij de gebruikers van de leesapparatuur mag drie maanden niet overschrijden.

Het referentiedossier met betrekking tot de nieuwe functionele specificaties wordt voorgelegd op de wijze zoals bepaald in artikel 4bis van dit besluit door de indiener van het oorspronkelijke registratiedossier. - vervangen bij artikel 11 van het koninklijk besluit van 7 december 2006 (Belgisch Staatsblad van 12 januari 2007)]

Het referentiedossier omvat [,wat de Kruispuntbank voor de sociale zekerheid betreft, - ingevoegd bij artikel 11 van het koninklijk besluit van 7 december 2006 (Belgisch Staatsblad van 12 januari 2007)] de volgende elementen die tot de verantwoordelijkheid van de indiener behoren:

  1. levering van de uitvoeringsloggins van de aanpassingen en hun broncode;
  2. beschrijving van de beheerselementen aan de hand waarvan de op de leesapparatuur afgeladen versies kunnen worden geïdentificeerd;
  3. documentatie van de procedures tot aflading van de nieuwe functionele specificaties op de leesapparatuur;
  4. gebruikershandboek aan de hand waarvan de gebruiker van de leesapparatuur de nieuwe functionele specificaties in alle veiligheid kan afladen op zijn leesapparatuur;
  5. modelonderhoudscontracten;
  6. demonstratie van de aflading van de nieuwe versie op elk type geregistreerde leesapparatuur. – ingevoegd bij artikel 1 van het koninklijk besluit van 15 oktober 2000 (Belgisch Staatsblad van 1 november 2000)]

[Het referentiedossier omvat, wat de Federale overheidsdienst Informatie- en Communicatietechnologie betreft, de volgende elementen die tot de verantwoordelijkheid van de indiener behoren:

  1. documentatie van de procedures tot aflading van de nieuwe functionele specificaties op de leesapparatuur;
  2. gebruikershandboek aan de hand waarvan de gebruiker van de leesapparatuur de nieuwe functionele specificaties in alle veiligheid kan afladen op zijn leesapparatuur;
  3. modelonderhoudscontracten;
  4. demonstratie van de aflading van de nieuwe versie op elk type geregistreerde leesapparatuur. - ingevoegd bij artikel 11 van het koninklijk besluit van 7 december 2006 (Belgisch Staatsblad van 12 januari 2007)]

Art. 7.

[De leverancier die een registratienummer heeft ontvangen, verbindt zich ertoe met alle passende middelen de Kruispuntbank van de sociale zekerheid en/of de Federale overheidsdienst Informatie- en Communicatietechnologie bij te staan, teneinde de oorzaak van eventuele werkingsproblemen van de geregistreerde kaartlezer en/of de daarbij horende software of van vervalsing van de sociale identiteitskaarten en/of elektronische identiteitskaarten te kunnen opsporen. - vervangen bij artikel 12 van het koninklijk besluit van 7 december 2006 (Belgisch Staatsblad van 12 januari 2007)]

Art. 8.

[Iedere persoon die gemachtigd is om de sociale identiteitskaart en/of de elektronische identiteitskaart te gebruiken, kan bij de Kruispuntbank, wat betreft de leesapparaten voor de sociale identiteitskaart, en bij de Federale overheidsdienst Informatie- en Communicatietechnologie, wat betreft de leesapparaten voor de elektronische identiteitskaart, de lijst van de referentiedossiers alsook de referentiedossiers van de modellen van leesapparatuur raadplegen zoals die door de leveranciers werden ingediend, met inbegrip van de vermeldingen van gelijkwaardigheid ten opzichte van de technische specificaties, de performantie- of kwaliteitscriteria. - vervangen bij artikel 13 van het koninklijk besluit van 7 december 2006 (Belgisch Staatsblad van 12 januari 2007).]

Art. 9.

[Onze Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, Onze Minister van Binnenlandse zaken, Onze Minister van Economie, Onze Minister van Middenstand en Landbouw en onze Minister van Werk zijn, elk wat hen betreft, belast met de uitvoering van dit besluit. - gewijzigd bij artikel 14 van het koninklijk besluit van 7 december 2006 (Belgisch Staatsblad van 12 januari 2007)]