Overzicht
GSS : Sociaal tarief voor elektriciteit en/of aardgas
Algemene informatie
Het sociaal tarief
Dankzij het sociaal tarief kunnen personen of gezinnen die behoren tot bepaalde categorieën een verminderd tarief voor aardgas en/of elektriciteit genieten.
Elke leverancier en elke distributienetbeheerder is verplicht het sociaal tarief toe te kennen aan een klant of aan diens gezinslid (gedomicilieerd op hetzelfde adres) als die behoort tot één van de categorieën die recht hebben op het sociaal tarief, zoals vastgesteld bij de ministeriële besluiten van 30 maart 2007 en de programmawet van 27 april 2007.
De energieleveranciers worden om de drie maanden op de hoogte gebracht van de rechthebbenden op het sociaal tarief. Dit sociaal tarief wordt toegepast vanaf de eerste dag van het trimester waarin beslist werd dat een persoon behoort tot een rechthebbende categorie en dit tot het einde van het kalenderjaar.
Het sociaal tarief geldt niet voor :
- tweede verblijfplaatsen (andere adressen dan uw domicilieadres)
- gemeenschappelijke delen van appartementsgebouwen
- professionele klanten (bedrijven, organisaties, …)
- occasionele klanten of tijdelijke aansluitingen
Automatische toepassing van het sociaal tarief voor aardgas en elektriciteit
Sinds 2010 wordt het sociaal tarief in de meeste gevallen automatisch toegepast door de energieleverancier als de klant een specifieke tegemoetkoming geniet van het OCMW, van de FOD Sociale Zekerheid Directie-Generaal Personen met een Handicap (FOD SZ DGPH) of van de Federale Pensioendienst (FPD).
Voor de automatisering van de toekenning van het sociaal tarief is een elektronische uitwisseling van gegevens nodig tussen:
- de FOD Economie
- de energieleveranciers en distributienetbeheerders
- de KSZ
Gebruik
De FOD Economie ontvangt om de drie maanden :
- de klantenbestanden van alle energieleveranciers
- de klantenbestanden van alle distributienetbeheerders
- de persoonsgegevens van alle burgers uit het Belgische rijksregister
De FOD Economie zoekt vervolgens op welke burger welk contract heeft. Daartoe zal hij voor iedere burger de bestanden vergelijken op basis van de naam, de voornaam, de geboortedatum, het adres en de geboortedatum. Op basis hiervan kan de FOD voor elk aansluitingscontract een overeenkomst vinden met een burger uit het rijksregister.
De FOD Economie bepaalt dan welke contracten overeenstemmen met een domicilie-adres, zodat de KSZ geraadpleegd kan worden.
De KSZ ontvangt de lijst van identificatienummers van de sociale zekerheid waarvoor een overeenkomst werd vastgesteld. Op basis van deze lijst gaat de KSZ na bij de betrokken sociale instellingen of de burger of een lid van diens gezin behoort tot één van de categorieën die recht hebben op het sociaal tarief en zo ja, voor welke periode.
Op basis van het antwoord van de KSZ kan de FOD Economie aan de leveranciers en distributienetbeheerders meedelen voor welke contracten het sociaal tarief geldt en voor welke periode. Het sociaal tarief wordt steeds toegepast vanaf de eerste dag van het trimester waarin het recht werd vastgesteld tot het einde van het desbetreffende jaar. Dit recht kan jaarlijks verlengd worden.
De kwaliteit van de identificatiegegevens van de klanten bij hun energieleverancier is heel belangrijk om de automatisering mogelijk te maken.
Wanneer een klant een contract aangaat bij een energieleverancier of distributienetbeheerder en daarbij een andere naam, voornaam of geboortedatum gebruikt dan de gegevens die opgenomen zijn in het rijksregister en vermeld zijn op de identiteitskaart, dan zal het niet mogelijk zijn om een overeenkomst te vinden tussen deze persoon en zijn contract. Bijgevolg zal het sociaal tarief niet automatisch kunnen worden toegepast voor de rechthebbende klant.
Geen overeenkomst = geen automatische toepassing
Het is tevens raadzaam dat de klant zijn rijksregisternummer meedeelt aan zijn energieleverancier. Ook al is het niet verplicht dit te vermelden in het contract, de aanwezigheid van het rijksregisternummer helpt bij de automatische verwerking van de gegevens.
Niet-automatische toekenning
Het kan dus zijn dat een rechthebbende klant niet automatisch herkend wordt en daardoor het sociaal tarief verliest. Om dit te vermijden kunnen de klanten nog steeds een papieren attest aanvragen en ontvangen van de betrokken sociale instelling.